Selecteer een pagina

"In Guinee-Bissau zou ik niemand hebben. En de mensen daar zouden zien dat je niet meer van daar bent. Dus dan zou ik me ook eenzaam voelen. Dat zie ik ook bij andere migranten.”

Guinee-Bissau, Fatima

“Na drie maanden in Nederland wilde ik al terug naar Guinee-Bissau,” zegt Fatima. Haar oom bracht haar hier in 1984 toen ze achttien jaar was. “Hij kwam hier geloof ik heen om auto’s te verkopen ofzo. Hij was hier getrouwd met een Nederlandse en woonde hier al acht tot negen jaar. Zij zeiden dat het beter zou zijn dat ik hier ook zou komen.” 

Zelf wilde ze niet weg uit het West-Afrikaanse Guinee-Bissau. “De situatie daar was toen niet zo erg als nu. We hadden een normaal leven. We waren niet rijk, maar ook niet arm.” Toch voegde ze zich bij haar oom in Spangen. “Ik kwam aan in oktober dus het was hartstikke koud. Ook was de rest van mijn familie in Guinee-Bissau, dus ik voelde me echt eenzaam. Maar mijn oom zei dat ik met de tijd wel zou wennen.” Haar oom bracht haar ook nog naar België, waar ook familie woonde. “We zijn daar twee jaar gebleven. Dat liet me inzien dat het hier toch leuker is. Ook maakte ik wat vrienden. Door contacten met anderen ga je je toch meer thuis voelen. Dus toen wilde ik wel blijven.” Na het lang uitstellen, leerze ze toch Nederlands. Ze trouwde met een Nederlandse dokter en vond werk bij een school in Overschie, in de kantine. 

In Nederland voor de zorg

Toch dacht ze altijd dat ze terug zou gaan naar haar thuisland. “Ik heb hier nooit oud willen worden. Maarja. Mijn zoon, nu 20 jaar, is autistisch. In Guinee-Bissau zijn de condities voor hem niet zo goed als hier. En ik wil hem niet zomaar achterlaten.” Ook weet ze niet of ze zich nog wel zou thuis en welkom zou voelen in haar thuisland. “Nu is mijn hele familie hier. Alleen mijn zus is nog teruggegaan. Europa is niets voor haar. En mijn moeder was daar ook, maar die is nu overleden. Dus als ik in Guinee-Bissau zou zijn, zou ik alleen mijn zus kennen, verder niemand. En de mensen daar zouden zien dat je niet meer van daar bent. Dus dan zou ik me ook eenzaam voelen.” Ze herkent dit dilemma ook bij andere migranten. “Ik heb Kaapverdiaanse buren die terug zijn gegaan maar ze zijn nu weer terug in Nederland want zij voelen zich hier ook weer eenzaam.” 

Veilig en thuis in de diversiteit

Nu blijft ze in Rotterdam, in haar wijk in Mathenesse, waar ze al 30 jaar woont. Daar voelt ze zich goed. “Ik heb hier nog nooit problemen gehad. Ik voel me veilig en thuis. De buren zijn ook lieve mensen. Ze zijn bijna allemaal buitenlands: Marokkaans, Turks, Afrikaans, we gaan allemaal goed met elkaar om.” Fatima vindt het goed om zoveel nationaliteiten in de wijk en zelfs de stad te hebben. “Iedereen heeft het recht om iets goeds voor zichzelf op te bouwen. En iedereen heeft haar of zijn eigen reden om hier te blijven. Want als je het niet leuk vindt, ga je naar een ander land. Dat heb ik ook gedaan.”

Want to read more stories?