“We kunnen hier niet blijven, het wordt onze dood,”’ hoort Davan als kind van haar vader. Ze moet met haar familie uit Cambodja vluchten voor de oorlog. “We vluchtten lopend richting de grens met Thailand.” Daar verbleef ze met haar familie anderhalf jaar in een vluchtelingenkamp. De familie hoopte eigenlijk naar Amerika te gaan, waar al familie woonde. “Maar we zakten voor de toelatingstest,” vertelt Davan. Toevallig was er op die dag een vertegenwoordiger van de Nederlandse ambassade aanwezig. Hij zag de stapel afgewezen dossiers en besloot: ‘Dan neem ik deze mensen mee naar Nederland.’
Eerste stappen in Nederland
Davan kwam in 1987 naar Nederland, toen ze pas 2,5 jaar oud was. “We kwamen terecht in Apeldoorn (Gelderland), in een opvanghuis met meerdere gezinnen. Het was een huis vol kinderen, dus voor mij als kind was het gezellig.” Davan’s ouders waren erg vrij in de opvoeding. “Ik mocht altijd mijn eigen keuzes maken. Dat had ik in Cambodja waarschijnlijk niet gekund. Daar gelden andere regels, zeker voor meisjes.” Ze verhuisden naar Roosendaal (Noord-Brabant). “Ik volgde gewoon mijn ouders. Alles voelde nieuw en spannend, maar ik had het naar mijn zin.”
Liefde voor Rotterdam
Pas later, tijdens haar studie, verhuisde Davan naar Rotterdam. “Ik vond het meteen een leuke stad. Vooral door het eten! Zoveel keukens uit de hele wereld. En het uitgaansleven vond ik als student natuurlijk ook leuk.”
Wat haar echt raakte, was de diversiteit in de stad. “In Roosendaal was ik vaak de enige Aziatische die mensen daar zagen. Dus mensen waren heel nieuwsgierig naar me. In Rotterdam niet, hier zie je mensen van overal, niemand kijkt vreemd op. Hier voelde ik me pas echt thuis.”
Wat Davan waardeert aan Rotterdam? “Die mentaliteit van ‘niet lullen maar poetsen’. Daar herken ik mezelf in. Ik hou van aanpakken, net als de mensen hier.”
Tussen twee culturen
Hoewel ze zich thuis voelt in Rotterdam, blijft haar Cambodjaanse achtergrond belangrijk. “We vieren nog steeds Cambodjaans Nieuwjaar, in april. Dan nodigen we een monnik uit, maken eten klaar en herdenken onze voorouders.” Daarnaast viert Davan ook Chinees Nieuwjaar, omdat ze ook een kwart Chinees is. “Mijn collega’s lachen soms: ‘Heb je alweer een feest?’ Maar dat is juist het mooie: ik mag van beide culturen genieten.”