Selecteer een pagina

"Ik heb Marokkaanse, Turkse, Syrische én Spaanse vrienden. Ik vind het belangrijk om met mensen om te gaan met verschillende achtergronden.”

Portugal, Manuela

“Ik had geen werk, geen eten voor mijn kinderen…” zegt Manuela uit Portugal. Met haar toen 2- en 9-jarige kinderen, zocht ze hulp bij haar tante in Rotterdam. Daar had ze ook al acht jaar gewoond in haar kindertijd. “Dus dat voelde als mijn thuis. Zij hielp mij met scholen en de creche uitzoeken en een baan. Ze kent veel mensen in Nederland, dat helpt. Ik ben echt goed opgevangen en ik ben Nederland echt heel dankbaar.”

Zelf werkte ze ook hard voor een betere toekomst. Ze ging aan de slag als schoonmaakster en werkte hard. Na een paar maanden kreeg ze een eigen huis. Ook probeerde ze de taal te leren, maar dat was heel lastig. “Ik vond de Nederlandse taal moeilijk, maar ik had ook weinig tijd om naar school te gaan. Want ik werkte heel veel; ik vertrok vaak al om vijf uur ‘s ochtends van huis. Op en geef moment vroeg ik mijn baas of ik eerder weg kon om Nederlandse les te volgen. Dat mocht, maar ik was zo moe dat ik weinig hoorde van de lessen. Soms viel ik zelfs in slaap op de tafel. Ik heb het denk ik vier maanden volgehouden voordat ik stopte.” Maar ze gaf niet op. “Ik heb het geleerd door Nederlands te praten met Nederlandse mensen en Goede Tijden, Slechte Tijden te kijken. Vele anderen keken nog Portugese televisie; ik niet. Want ik vind het belangrijk dat als je in een ander land bent, je de taal leert. Ik weet dat ik nu nog veel fouten maak, maar dat geeft niet, ik probeer het.” Ook vindt ze het belangrijk om de cultuur van het land waar ze woont te leren begrijpen. “Dus ik lees daar veel over, ook over het Koningshuis bijvoorbeeld. En ik geef het mijn kinderen mee.”

Minder mooi dan vroeger

Inmiddels voelt ze zich dan ook helemaal thuis in Rotterdam. “Het is een mooie stad. Vooral al die nationaliteiten hier. Zo heb ik Marokkaanse, Turkse, Syrische én Spaanse vrienden. Ik vind het belangrijk om met mensen om te gaan met verschillende achtergronden.” Al ziet Manuela Rotterdam wel iets minder mooi worden dan vroeger. “Ik zie tegenwoordig mensen slapen op bankjes of op straat. Dat vind ik jammer voor zo’n mooie stad.” Toch gaat ze niet weg. “Mijn man zegt wel eens dat hij ergens anders heen wil, maar ik zeg altijd dat ik niet wegga!”

Portugal

Maar ze blijft Portugees en ook dat waardeert ze nog. “Zo kook ik nog Portugees en praten mijn kinderen ook nog Portugees. En ik probeer ze dingen mee te geven uit de Portugese cultuur. Vroeger zong ik ook nog wel Fado, dat doe ik niet meer.” Deze zangkunst ontstond in arbeiderswijken en -kroegen in Portugal. Het bezong dan ook het armoedige leven en wordt gezongen in de duisternis. Inmiddels is het uitgegroeid tot een erkende en uitgebreide muziekstijl. Deze stijl is een symbool van de Portugese ziel en is door UNESCO zelfs is benoemd als immateriaal erfgoed.

Rustig

Manuela ziet dat andere nieuwkomers gelijk veel dingen willen bereiken. “Dingen die mensen die hier dertig jaar wonen nog niet eens hebben bereikt. Dat kan niet zo snel. Je kunt niet meteen een baan én een huis vinden. Dat gaat niet meer zo makkelijk als dertig jaar geleden. Dus je moet rustig gaan, niet meteen alles willen. Dan kun je genieten van Rotterdam, want het is geweldig.” 

Want to read more stories?