“De cultuurshock was enorm. In Nederland werkt alles anders: het weer, de manier van leven, de omgang met mensen, het werk,” vertelt Jannick. Hij vertelt over zijn moeder die geboren is in Kameroen. “Ze werd verliefd op een Nederlandse man. Hij is later mijn stiefvader geworden, maar ik zie hem als mijn echte vader.”
Voordat zijn moeder naar Nederland mocht komen, moest er in Kameroen een traditioneel huwelijk plaatsvinden. “Dat was niet zomaar iets,” vertelt Jannick. “Ze was de dochter van een stamhoofd. Voor een witte man om met haar te trouwen, dat was echt bijzonder. Er moest toestemming komen van de familie.”
Uiteindelijk vertrokken zijn moeder en haar Nederlandse man naar Rotterdam, waar Jannick werd geboren. Zijn oudere zus is wel in Kameroen geboren. Ook zij moest zich aanpassen aan haar nieuwe leven in Nederland. “Het was echt niet makkelijk.”
Zoveel migranten en culturen
Zijn moeder vond werk in de zorg. Dat is typerend voor veel migranten die naar Rotterdam kwamen, vertelt Jannick. “Hier waren veel kansen. Vele migranten gingen in de zorg werken.” De vele migranten maken Rotterdam een multiculturele samenleving. Jannick is er trots op. “Rotterdam is eigenlijk een wereldstad. Er zijn zoveel culturen, keukens, muziekstijlen en verhalen. Dat maakt deze stad uniek.” Dat de stad zoveel verschillende mensen als inwoners heeft, ziet Jannick als een pluspunt. “Iedereen is welkom. Er zijn zóveel mensen hier die ooit ook niks hadden, die begrijpen hoe het is.”
Hij ziet zelf hoe veel organisaties en bewoners achter de schermen helpen om nieuwe inwoners te ondersteunen. “Iedereen wil gelukkig zijn. We willen gewoon samen leven. Je hoeft alleen maar een beetje open te staan.”
Niet opgeven
Naast de diversiteit, houdt Jannick ook van de Rotterdamse mentaliteit. “Niet lullen maar poetsen,” zegt hij met een glimlach. “Rotterdam is na de oorlog helemaal opnieuw opgebouwd. Dat laat zien hoe sterk deze stad is.” Die vechtlust en vastberadenheid passen goed bij hem. “We geven niet op. En dat zie je overal terug, ook in mijzelf.”
Kameroense roots
Hoewel de Rotterdamse mentaliteit goed bij hem past, voelt Jannick zijn Kameroense achtergrond nog elke dag. “Ik leef heel erg op gevoel. In Kameroen is dat normaal. Dingen als ADHD kennen we daar niet, je bent gewoon een kind dat wat moeilijker is.”
Hij vertelt open over hoe hij jarenlang wiet gebruikte om rust te vinden. “Mijn hoofd was altijd druk. Wiet was een soort zelfmedicatie. Maar ik ben er recent mee gestopt. Ik luister nu beter naar mezelf. En ik voel me sterker dan ooit.”
Leven tussen twee werelden
Het grootste verschil tussen Kameroen en Nederland, ziet hij het pragmatisme en inidivudalisme “In Nederland is alles gericht op het oplossen van problemen. Dat werkt goed, maar het is ook heel individualistisch. In Kameroen houden we meer rekening met gevoel, traditie en de gemeenschap – maar dat remt soms ook de vooruitgang.”
Toch blijft dat gevoel van gemeenschap belangrijk voor Jannick. “In Kameroen ben je nooit alleen. Iedereen helpt elkaar. Hier probeer ik dat ook te doen in mijn eigen vriendengroep. Die voelt voor mij als familie.”
Rotterdam representen
Dat familie-gevoel mag wat hem betreft nog meer groeien in Rotterdam. “Wees aardig voor elkaar. Wees lief. Iedereen heeft het zwaar. Dus geef elkaar een knuffel. Je gaat er echt niet dood aan. Ook al zijn we allemaal anders, we hebben één ding gemeen: we representen Rotterdam.” En op deze stad is hij trots. “Rotterdam is mijn stad. Ik geloof echt dat dit een van de mooiste steden ter wereld is – en dat het alleen maar beter wordt. Ik zeg altijd: ik wil hier zelfs begraven worden.”