Selecteer een pagina

“Je kunt integreren in een samenleving, bijvoorbeeld je temperament minderen, én je eigen identiteit behouden.”

Libië, Elmahdi

“Rotterdam is nu een tweede thuis voor mij, maar daar moest ik wel voor vechten,” zegt Elmahdi uit Libië. Iedereen mag het land nu dan kennen van oorlog, maar vroeger lag dat anders. “Het was een rijk land. We kregen makkelijk een visum voor Nederland.” Zijn broer kwam hier dan ook vaak om auto’s te importeren vanuit Libië. Maar toen hij ging trouwen, stelde hij aan Elmahdi voor om de zaak over te nemen vanuit Nederland. 

“Ik was niet van plan om naar Nederland te komen want ik kende de taal niet en geen mensen. Maar mijn broer wilde me dingen te laten zien en kennis laten maken met de connecties zoals de gemeente. En ik wilde een betere toekomst opbouwen.” 

Nederlands leren en vrienden maken

Sinds 2009 woont hij in Nederland. “Het ging niet vanaf dag één goed, maar langzaam ging het de goede kant op. Maar je moet zelf willen veranderen. Dat heb ik gedaan door kracht en door in mezelf te geloven. Dat was een leerproces voor mij. Ik wilde alles meemaken en ontdekken. Maar met geduld kom je er.” Hij volgde een cursus Nederlands, dat hij nu goed spreekt. “Ik vind dat je, als je in een land woont, je verplicht bent om de taal te spreken. Dan zijn mensen ook meer open voor je.” 

Hij maakte ook snel vrienden. “Ik kan met iedereen omgaan en praat makkelijk met mensen. Ik ben ook nieuwsgierig; ik wil weten hoe andere mensen iets hebben bereikt. Ik ben niet jaloers, ik wil juist leren. Dat is mijn kracht, daar ben ik trots op.” Hij is wel selectief in met wie hij omgaat. “Sommige mensen proberen je te beledigen of je klein te houden. Of negatieve mensen; daar moet je geen energie aan besteden. Maar er zijn ook mensen die je vooruit brengen. Die mensen zijn mijn vrienden. En met de juiste mensen om je heen, blijf je op het goede pad.”

Rotterdam: een kleine stad met veel kracht

Elmahdi heeft even in Den Haag gewoond maar ging toch terug naar Rotterdam. “In Den Haag werkte ik alleen of was ik thuis.” In Rotterdam kan hij zich beter bezig houden. Hij sport veel en in de zomer pakt hij soms een terrasje. “Vaak zit ik dan op de Meent. Soms neem ik iets te lezen mee, soms kijk ik alleen naar mensen, dat vind ik leuk.” De stad blijft hem verbazen. “Rotterdam is een kleine stad maar zoveel kracht en zoveel nationaliteiten, en zo’n grote economie… is echt bizar.” 

Duur en minder respect


Hij heeft Nederland hoog zitten. “Ik heb veel landen gezien maar Nederland is een van de beste landen, qua structuur, economie, veiligheid en hoe schoon het is.” Hij houdt van de stad en Nederland, maar hij ziet wel problemen opkomen. “Nederland wordt echt te duur. Maar goed, als je voorzichtig bent met geld, bijvoorbeeld een dag niet rookt, kun je wel dingen bereiken hier.” 

Ook ziet hij dat de jongere generatie anders in elkaar zit dan zijn generatie. “Sowieso gaat iedereen in Nederland meer voor zichzelf dan in bijvoorbeeld Libië. Daar ervaar ik meer warmte en meer hulp. Zo sta ik op voor ouderen of zeg ik goedemiddag tegen voorbijgangers. Ik laat mijn ouders eerst beginnen met eten. Maar de laatste tijd zie ik bij de jongeren nog minder respect. Wellicht omdat het financieel slechter gaat en beide ouders moeten werken; dan hebben ze minder tijd om op te voegen. Maar goed, ik ben van ‘72, ik ben anders dan de jongeren van nu. Wat zij doen is niet per se slecht. Nu is niet mijn tijd, maar hun tijd.” Deze gedachtegang past goed bij zijn motto: “Leven en laten leven. We kunnen niet gelijk zijn, iedereen denkt anders. Ik hoor mensen zeggen: ‘je moet normaal doen’. Ik vraag dan: ‘wat is normaal?’ Wat voor jou normaal is, is niet voor mij normaal.” 

Integreren met eigen identiteit

Voor Elmahdi is het normaal om je eigen identiteit te behouden. “Wees trots op waar je vandaan komt. Sommige mensen vergeten dat; ik niet. Met een eigen identiteit kun je ook integreren in een maatschappij en meedoen. Zo kun je bijvoorbeeld het zebrapad gebruiken, te stoppen voor rood licht, je temperament te minderen omdat je eenmaal in een andere sfeer bent.” Vroeger deed hij het Libische stuk van zijn identiteit eer aan door Libisch te koken. “Maar hoe ouder je wordt, hoe minder dat wordt. Als je laat thuis komt, ga je niet een uur in de keuken staan… de laatste tijd eet ik veel gezond, dus niet meer echt Libisch.”

Wat de toekomst Elmahdi brengt, weet hij niet. “Ik ben gelovig dus God bepaalt hoe mijn leven wordt. Maar als ik het morgen zat ben, pak ik mijn spullen en ben ik weg. Maar ik ben nu tevreden met wat ik heb en wat ik doe.” 

Want to read more stories?